Çiçek Advocatuur

BELASTINGDIENST MAAKT MISBRUIK VAN RECHT

Cliënt ontvangt een bijstandsuitkering en heeft een schuld aan de Belastingdienst. Voor cliënt geldt een beslagvrije voet van ongeveer € 950,00. Omdat de bijstandsuitkering van cliënt onder de beslagvrije voet ligt, kan de Belastingdienst geen beslag leggen op de bijstandsuitkering van cliënt.

Ondanks de wetenschap dat cliënt moet rondkomen van een bijstandsuitkering, heeft Belastingdienst beslag gelegd op het saldo van de bankrekening van cliënt. Gezien de financiële situatie van cliënt, had de Belastingdienst dit niet mogen doen. Weliswaar is aan een beslag onder de bank geen beslagvrije voet verbonden, maar dat betekent niet dat de Belastingdienst zich geen rekenschap hoeft te geven. Door geen rekening te houden met het feit dat cliënt zijn bijstandsuitkering nodig heeft voor de noodzakelijke kosten van zijn bestaan, handelt de Belastingdienst onrechtmatig jegens cliënt!

Een belangrijke paradox in deze casus is dat de Belastingdienst, als maker van wetten, enerzijds ter bescherming van de burger “de beslagvrije voet” heeft bedacht, maar anderzijds dit fenomeen zelf omzeilt door bankbeslag te leggen.